Hummus van Pronkboon ‘Stiense boon’

Stuur ons je recepten met zaadvaste rassen. Joekie Blom kweekt al jaren de paars/zwarte pronkboon (de zogenaamde Stiense boon) en de Friese Woudboon. Van jaar op jaar steeds uit eigen zaad.

Humus op brood

"Het laatste jaar maak ik hummus als vervanger van kaas op brood in verband met een iets te hoog cholesterolgehalte. Bovenop de hummus doe ik dan komkommer, tomaat, appel, pruim of ander fruit."

 

 

 

RECEPT

Neem 50 gram van de droogbonen (van de één of van de ander), 24 uur wellen in koud water en 45 min. zachtjes koken tot ze gaar zijn.

Doe de gekookte bonen met enig kookvocht in de blender, voeg toe:

  • 1 grote eetlepel tahin
  • 1 theelepel gemalen curcuma
  • 1 theelepel gemalen komijn
  • 1 theelepel gemalen gember (of liever verse gember)
  • 1 eetlepel sojakwark

Meng in de blender tot er een homogene massa ontstaat, doe het in een pot met deksel en bewaar het in de koelkast.

Je kunt indien gewenst, ook knoflook toevoegen of zongedroogde tomaatjes of iets anders wat je lekker vind.

Meer recepten met zaadvaste rassen

MEER INFO

Hortus Botanicus Leiden

De Stiense boon is een pronkboon in Nederland en een vrij onbekende boon in de keuken, omdat zijn voornaamste toepassing het uit de wind houden van gewassen zoals augurken, tabak en andere bonen is. Tabaksarbeiders mochten de rijpe peulen plukken en de bonen werden op de vloer in de drogerij dan nagedroogd. Deze arbeiders aten de Stiense bonen vaak met appeltjes en gerookt spek. De Stiense boon is een roodbloeiende pronkboon van het oude type, dat wil zeggen met draad in de peulen.

Snijboon pronkboonDe pronkboon kan evenals de snijboon gesneden gegeten worden. De punten van de peul worden niet gebruikt. De pronkboon heeft een meer uitgesproken smaak dan de snijboon. De peul is groen en 25-29 centimeter lang. Pronkbonen moeten jong gegeten worden, omdat zich anders op de rugnaad van de peul een draad gaat vormen.

De Stiense bonen die in Nederland aanwezig zijn, zijn nakomelingen van drie collecties: een uit de Historische Tuin in Aalsmeer, de tweede via de Duitse IPK-Genenbank in Gatersleben (deze is daar uit Oude Wetering (vermoedelijk Zuid-Holland) in 1980 gekomen); en de derde via de collectie Eeuwig Moes (De Oerakker), hierin zitten door Ruurd Walrecht verzamelde Stiense bonen die volgens hem uit Zuid-Holland afkomstig zijn.

In Aalsmeer is deze teelt ook al zeer lang bekend, ook al omdat deze boon weinig eisen aan de bodem stelt. De combinatie met spek en zoete appeltjes komt waarschijnlijk ook uit deze omgeving, omdat juist zoete appelen een goede oogst gaven op veengrond. Vandaar ook het recept met het Zoete Veentje, een appeltje, dat veel gekweekt werd in Aalsmeer en omgeving.

Lees meer over de Stiense boon