Merlijn Twaalfhoven: vaste denkpatronen doorbreken
Componist, dirigent en cultureel ondernemer Merlijn Twaalfhoven (40) is regelmatig te zien in De Wereld Draait Door. Onlangs nog trad hij op de dag van het faillissement van V&D op met een koor van ontslagen medewerkers. Hij wil de kracht van muziek inzetten om de wereld mooier en beter te maken. “Ik wil dat muziek en het leven elkaar verrijken”
Tekst: Arianne Collee
Beeld: Michiel Wijnbergh
Merlijn verschijnt niet op onze afspraak. Als ik hem bel, blijkt hij in vergadering te zijn met een groep Engelsen met wie hij The Citizen Artis Incubator organiseert: een project waarbij kunstenaars uit heel Europa in september een maand lang samen met wetenschappers, filosofen en maatschappelijke-transitiespecialisten naar mogelijkheden zoeken om de samenleving positief te stimuleren. Hoewel ik een beetje geïrriteerd reageer, zoekt Merlijn vriendelijk naar een oplossing. Een uur later treffen we elkaar in de IJsbreker in Amsterdam. Ondanks zijn overvolle programma is hij de vriendelijkheid zelve. Gedreven vertelt Merlijn over zijn complexe omgang met tijd en over zijn passie. “Ik wil niet kiezen, dus ben ik van alles tegelijk: componist, organisator van kunstprojecten, initiatiefnemer van de Sharing Academy (een coachingproject voor kunstenaars die hun droom wil delen, red.), vader en eigenaar van een oud woonschip. Dat is soms een lastige combinatie! Zeker als het je passie is om de creatieve kracht in mensen exponentieel vergroten.” Merlijn houdt pas op met praten als ik naar mijn volgende afspraak moet.
Tijd
Tijd, of het gebrek eraan, is al lang een issue in zijn leven. “Mensen om me heen vinden altijd dat ik moet kiezen. Op het conservatorium liep ik daar al tegenaan. Ik wilde én compositie én viool doen. Nu zegt men dat ik óf iemand moet zijn die creëert, óf iemand die kunstprojecten organiseert. Maar in mijn ogen is specialisatie vaak verarming.” Tegelijk wil Merlijn ‘de tijd nemen voor dingen’: “Dat is een kunst is die we opnieuw moeten ontwikkelen. Muziek kan daarbij helpen, want muziek geeft adem, kan niet sneller gaan dan ze gaat. Een concert kun je alleen in het nu beleven. Klank en tijd zijn één. Muziek helpt ons onze geprikkelde binnenwereld te verbinden met het ritme van onze fysieke werkelijkheid.”
Gebrek aan tijd, hij kent het probleem al van jongs af aan: “Toen ik twaalf was klaagden mijn penvriendinnetjes al dat ik te druk was en altijd te laat antwoordde op hun brieven. Destijds deed ik ook al veel! Ik had altvioolles, nam deel aan de Shakespearespelen in Diever, zat in het bestuur van de Jeugdbond voor Natuurstudie in Meppel en richtte zelf een afdeling daarvan op in Steenwijk.”
Ruimte
Ook met het fenomeen ruimte heeft Merlijn van jongs af aan een speciale band: “Mijn ouders zijn bewust uit de ratrace van altijd maar presteren gestapt. Vanuit de stad verhuisden ze naar het platteland. Mijn vader groeide op in een katholiek gezin. Dat was hard aangekomen: hij moest zich los vechten van thuis. Zijn keuze om muziek te gaan studeren kwam voort uit rebellie. Ikzelf werd juist in alles door mijn ouders gesteund: ze stonden altijd achter mijn keuzes, gaven me volop vertrouwen en boden me, ook fysiek, alle ruimte. We woonden dicht bij het bos op een grote boerderij met een grote bloemen- en moestuin. Als achtjarige was ik soms hele dagen in het bos.”
Zijn liefde voor kunst en muziek kreeg hij van thuis mee: “Er was een rijkdom aan kennis, verhalen en muziek. Ik hield van onze boekenkast en de verhalen van mijn ouders. Op de juiste momenten verbonden zij de grotere verhalen die het incidentele overstijgen, met de dagelijkse gang van zaken. Muziek was bij ons vanzelfsprekend, mijn vader was fluitenbouwer, mijn moeder gaf dwarsfluitles: barokmuziek, etudes, toonladders – het was niet vaak stil in ons huis.”
Na de vrijeschool in Meppel, ging hij naar een gewone middelbare school: “Vanaf dat moment moest ik mijn eigen creativiteit organiseren, want op die school was daar weinig ruimte voor. Die school was echt een enorme schok, maar ik werd er ook door uitgedaagd. Ik dacht: mij krijgen ze niet klein. Ik begreep er niets van dat er ieder uur een bel ging en dat leerlingen dan onmiddellijk vertrokken, ongeacht waar de docent in zijn verhaal was. Iedereen liet zich overrulen door de bel. Ik geloof dat er een enorme creatieve kracht in ieder mens zit, maar die creatieve kracht wordt er op reguliere scholen vaak ‘uitgeslagen’.”
Klank
Merlijn is gefascineerd door de ruimtelijke werking van klank. “Klank en ruimte hebben een vanzelfsprekende relatie die musici vaak niet onderkennen – meestal blijven ze op het podium op een kluitje spelen. Een ruimte moet door de klank gaan léven.” In 1998 deed hij zijn eerste experiment op dit gebied en liet hij musici achter in de kerk spelen in plaats van voorin op een podium. Hij gaf daarna klassieke concerten in de duinen, op een scheepswerf, op daken en in Paradiso (waar hij ook zintuiglijke prikkels als geur, smaak en tast meenam in zijn composities). Regelmatig zette hij de musici in de zaal tussen het publiek. Hij zoekt letterlijk en figuurlijk ruimte voor vernieuwing: “Er is een hele stap te maken in niet-eenduidige, risicovolle kunst. Van oudsher was kunst verbonden met het leven. Nu bergen we muziek op in concertzalen waar de aandacht vaak afgedwongen wordt.”
Imperfectie
Als ik Merlijn vraag naar belangrijke momenten in zijn loopbaan, noemt hij meteen zijn periode in Japan en een kunstproject in Nicosia: “In Japan is alles bezield en bestaat de tegenstelling tussen mooi en lelijk niet. Ik heb daar de schoonheid van het imperfecte leren kennen. Ook dat wat in verval is, heeft esthetiek. In Japan maken ze van die rood gelakte doosjes. Ze worden pas mooi als de lak slijt, dan schijnt de onderlaag erdoorheen. In mijn muziek doorbreek ik sindsdien bewust de perfectie. Ik heb het beroemde Kronos Kwartet samengebracht met veertig scholieren, in Carnegie Hall. Niet om te provoceren, maar om mensen te verleiden door de rafelrandjes heen te kijken. Die tieners speelden niet allemaal even zuiver, maar waren wel gedreven en enthousiast. Mede doordat ik de muziek vooraf niet precies had vastgelegd, ontstond er een mooie interactie tussen de muzikanten.”
In Nicosia heeft Merlijn mensen op daken aan weerszijden van de bufferzone die het Turkse van het Griekse deel scheidt, samen laten musiceren: “Muziek brengt dialoog en verbinding. Met zulke projecten kun je beetje bij beetje vastgeroeste denkpatronen doorbreken.”
Muziek
Merlijn is zich steeds meer bewust van wat hij de wereld wil geven: “Ik begin pas, maar de komende tien jaar wil ik er samen met anderen aan werken om de creatieve kracht die in ieder mens zit, de ruimte te geven. Ik wil de voorwaarden scheppen om die creatieve ruimte exponentieel te vergroten. De creatieve overlevingskracht van mensen is enorm, ook bij mensen met vreselijke trauma’s. Ik heb het met eigen ogen in vluchtelingenkampen gezien.” Merlijn wil kunst inzetten om de wereld te helen. “Onrecht is geen gegeven. Je kunt elke dag naar het goede streven.” Hij wordt aangetrokken door conflictgebieden (zoals Nicosia), door plekken van onrecht: “Ik geloof namelijk niet dat conflicten vast hoeven te blijven zitten.”
Vaak laat Merlijn professionele musici samenwerken met amateurs, kinderen, acteurs of buurtbewoners. “Omdat de ontmoeting centraal staat, is het samenwerken met niet-profs juist een verrijking. In een concert tonen mensen met hun muziek hun ware karakter. Kunst staat zo niet meer los van het leven. Zo kunnen de kunst en het leven elkaar verrijken.”
Als hij met mensen werkt (of met interviewers praat), schenkt hij hen zijn vertrouwen. “Het wantrouwen van een ander kan ik niet wegnemen, maar ik kan die persoon wel mijn vertrouwen geven. En daarmee bied ik iemand de ruimte om zich te openen en kwetsbaar te zijn. In een ontmoeting wordt wat de een uitstraalt, meteen door de ander teruggegeven. Je kunt elkaar in een positieve spiraal brengen.”
Niet ver van de IJsbreker woont Merlijn met zijn vrouw en kinderen (4 en 6 jaar) op een boot. “Ik heb een belachelijk project ondernomen door een oud schip te kopen. Dat vraagt veel tijd. Misschien niet zo slim om dat te combineren met grote ambities buiten de huiselijke kring. Maar ik wil graag die ruimte en vrijheid die ik zelf vroeger beleefd heb, aan mijn kinderen bieden. Trouwens, ook mijn ouders hebben daar toen heel hard voor gewerkt.”
Merlijn Twaalfhoven is een ongewone componist en cultureel ondernemer. In vaak grootschalige projecten op bijzondere locaties brengt hij kunst in verband met de samenleving. Hij noemt zichzelf ontwerper van concerten als ervaringen voor alle zintuigen. Uitvoeringen vinden plaats op ongewone, indrukwekkende plekken. Een loods van een scheepswerf, de verlaten vliegbasis Soesterberg of in het ruim van een onderzeeër. Ook werkt hij regelmatig op plaatsen waar grote maatschappelijke verschillen tot spanningen leiden, waaronder een concert vanaf daken aan weerszijden van de bufferzone in Nicosia, een festival in het zigeunerghetto van Prešov of een muzikale ode aan de vrijheid in de schaduw van de afscheidingsmuur in Bethlehem. Als voormalig lector 'PopKunst' aan kunsthogeschool ArtEZ onderzocht hij hoe kunstenaars hun werk in een directe relatie met de maatschappij kunnen brengen zonder afbreuk te doen aan de artistieke kwaliteit.
Dit artikel is eerder gepubliceerd in Antroposofie Magazine nummer 2 van juni 2016.
Meer lezen over kunst en cultuur